Geschiedenis van de Negen Nessen
Eind jaren vijftig verrijst in de duinen bij Petten de reactor van Euratom, het Europees onderzoeksinstituut voor kernenergie. Om de buitenlandse werknemers te kunnen huisvesten, wordt een stuk grond gekocht in het nabijge- legen kunstenaarsdorp Bergen. De plannen voor deze locatie omvatten woningen, een “guesthouse” en een zogenaamde Europese School, speciaal bedoeld voor de kinderen van de werknemers van Euratom.
In 1965 wordt begonnen met de bouw van de woonwijk naar een stedenbouwkundig ontwerp van David Zuiderhoek. Het ensemble bestaat uit negen bijna identiek opgebouwde wooneen- heden (de ‘nessen’), gesitueerd rondom een oude hofstede met tuin die het groene hart van de wijk vormt. Alle huizen worden vanaf de rand van de buurt ontsloten voor autoverkeer, zodat er in de wijk zelf geen doorgaande wegen zijn en er één groot, aaneengesloten autovrij- en autoluw gebied ontstaat.
Hoewel de locatie tegen de duinrand aan ligt, kiest Zuiderhoek voor een oriëntatie op de open weilanden. De bestaande structuur van polders en sloten vormt zo de basis voor de verkaveling. Het stelsel van sloten aan weerszijden van de hofstede wordt getransformeerd in waterpartijen met brede groene oevers die diep in het wijkje doordringen en daarmee de harmonische verbintenis met het landschap verzekeren.
​
De woningen naar ontwerp van architect Hein Klarenbeek zijn moderne, eenvoudige blokjes in baksteen met een houten afwerking en platte daken. De aanbouwen met de keukens en garages wijken af doordat zij wit zijn gepleisterd en van een lessenaarsdak zijn voorzien. Door de jaren heen zijn er veel aanpassingen in het materiaal- en kleurgebruik geweest, waardoor de eenheid van het beeld dreigde te verdwijnen. Om dit te voorkomen heeft de gemeente Bergen de buurt benoemd tot bijzonder welstandsgebied.
Iedere wooneenheid bestaat uit 19 eengezinswoningen, al dan niet geschakeld door garages, die losjes zijn gegroepeerd rondom een hof. Opvallend is het ontbreken van stoepen, wat het informele en groene karakter van de buurt versterkt. De huizen zijn zo geplaatst dat er met een minimale inkijk een maximale privacy wordt bereikt. Een kleine toren met acht appartementen accentueert de entree van de hof. In navolging van de wijkgedachte bestaat iedere wooneenheid uit een mix van typen, zodat rondom iedere hof een kleine woongemeenschap ont- staat die een afspiegeling zou moeten vormen van de samenleving. Vanuit deze gedachte zou de wijk niet alleen een compound voor expats moeten zijn, dus werd de helft van de woningen bestemd voor lokale bewoners.
​
Bron: DASH ‘Het woonerf leeft’,
NAI Uitgevers Rotterdam, 2010.
​
​
Brochure SBBB Negen Nessen ontwerp 1965